
Op 21 januari spraken we met de gemeenteraad over de hervorming van het Sociaal Domein, oftewel de bezuinigingen. Onderliggende nota’s zijn Sociale Visie Utrecht 2040 en Beleidsnota Wmo ‘Samen leven, samen zorgen’
Denk eerst aan mensen met een beperking!
Waar het gaat om de Sociale Visie Utrecht 2040 valt ons op dat om te beginnen we nergens in de visie zien staan dat er eerst aan mensen met een beperking gedacht wordt! Op 11 juli vorig jaar werd dit notabene in een motie aangenomen door de raad. Het VN-verdrag wordt niet genoemd, noch de Lokale Inclusie Agenda die hierop is geënt. Het VN-verdrag wordt wel in de Wmo-nota Samen Leven, Samen Zorgen op p.26 genoemd. Het illustreert hoe er blijkbaar over mensen met een beperking wordt gedacht: dat dit allemaal Wmo-gebruikers zijn.
Het VN-verdrag staat blijkbaar niet op het netvlies waar het gaat over werk, wonen, geld, huisvesting, kortom: het gewone leven. In de Sociale Visie wordt wel de groep benoemd die veel problemen heeft met geld, werk, wonen en gezondheid, maar daaruit wordt niet de conclusie getrokken dat een (ongelijke) investering voor gelijke kansen in deze groep op z’n plaats zou zijn.[1] Het zijn met name mensen met chronische aandoeningen of beperkingen die meer ondersteuning nodig hebben.
Woningen
Verder wordt genoemd dat er voldoende woningen moeten zijn voor kwetsbare groepen[2]. Maar waar staat dat de ondergrens voor nieuwbouw bezoekbare woningen zijn? Dit is immers afgesproken in de Woonvisie 2019, een onderdeel van de Agenda Utrecht voor Iedereen Toegankelijk[3]. Bezoekbaar wil ook zeggen dat de openbare ruimte rondom de woningen toegankelijk is. Sociaal en ruimtelijk beleid zijn inderdaad niet te onderscheiden zoals terecht in de Visie wordt genoemd.[4] We hebben voorbeelden van nieuwbouwprojecten voor woningen van na 2019 waarin deze ambities nog steeds niet gehaald wordt (Merwedekanaalzone (Nieuwe Defensie), Leidsche Rijn Centrum).
Ontmoeting
Toegankelijke ontmoetingsplekken is een ambitie die we onderschrijven: laagdrempelige ontmoetingsplekken in de buurt[5], of voorzieningen die bijdragen aan ontmoeting, preventie, ontplooiing, meedoen, etc[6]. (Deze ambitie wordt ook genoemd in de Wmo-nota[7]). Maar bezuinigen op aanvullende zorg betekent voor sommige locaties dat ze om kunnen vallen. Daar wordt aanvullende zorg geboden, bijv. aan mensen met NAH (Niet Aangeboren Hersenletsel in de Paraplu[8]). Die locatie heeft ook een toegankelijke buurtfunctie voor inwoners. Als je als ambitie hebt dat de inwoners meer naar elkaar om moeten kijken, dan moet je die ontmoetingsplekken ondersteunen en niet op bezuinigen. Met toegankelijke ontmoetingsplekken moet je overigens ook denken aan toegankelijke parken, speeltuinen en recreatieplekken buiten de deur.
Buurthuizen Plus
Aanvullende zorg naar de sociale basis sturen, naar de ‘gewone’ buurthuizen is in veel gevallen te optimistisch. Iemand die prikkelgevoelig is gaat niet zomaar naar een gewoon buurthuis, maar blijft thuis. Daarmee valt de preventieve werking van buurthuizen met een plus weg, met gevolg dat mensen minder van huis gaan, minder contacten hebben, eenzaam worden en gezondheidsklachten krijgen. Dit soort bezuinigingen zullen dan pennywise, poundfoulish blijken te zijn.
Preventie
Het uitgangspunt van beleid kan niet zijn bezuinigen, maar moet de kwaliteit van leven van inwoners blijven. Preventief beleid geeft op de lange duur meer inwoners die zich kunnen redden en dus geen aanspraak maken op andere voorzieningen die duurder zijn. Bovendien is een verslechtering van de leefsituatie van mensen met een beperking in tegenspraak met de geest van het VN-Verdrag Handicap/CZ.
Beter bezuinigen
En als er dan toch moet worden bezuinigd: we hebben vaak voorbeelden van hoe iets goedkoop kan worden opgelost. Mensen weten vaak zelf het beste waarmee zij geholpen zijn. We zien echter dat individuele aanvragen soms overruled worden door de second opinion van een duur onderzoeksbureau dat door de gemeente wordt ingeschakeld.
En waar toegankelijke woningen worden gebouwd, hoeven bewoners niet meer naar de Wmo voor woningaanpassingen. Dit heeft als neveneffect dat buren makkelijker bij elkaar op bezoek kunnen zodat mensen naar elkaar kunnen omkijken. Eén van de ambities van de Sociale Visie.
En verder
Eenvoud: we vallen Utrechters niet lastig met onze systeemkeuzes[9]: Goed plan! Vragen we al heel lang! Zorg dat er 1 loket is waar je je verhaal kunt doen, en waar je niet wordt weggestuurd ongeacht je vraag. Achter dit loket moet uitgezocht worden waar iemand het beste mee geholpen is, zonder dat je de burger lastigvalt met financieringsstromen of systeemschotten.[10]
En verder zou het raadzaam zijn om ook af en toe terug te kijken naar ambities die zijn geformuleerd in het verleden, wat is daarvan terecht gekomen, waarom worden bepaalde ambities niet meer genoemd?
Wat wordt meegenomen van deze visie in beleid? Hoe gaat het nu verder? Hoe moeten we dit zien in het kader van bijvoorbeeld de aanbesteding Welzijn in de Wijk die al 23 januari gepubliceerd is? Wat wordt van de visie in deze aanbesteding meegenomen?
Voetnoten:
[1] Sociale Visie p.18: Inzet op financiële bestaanszekerheid is nodig om dit te doorbreken. Bovendien heeft het ook een steeds groter effect op de gezondheid10. Bij 19% van onze inwoners in de leeftijd 18 – 64 jaar (46.000) die zich ongezond voelt, zien we veel problemen samenkomen. Deze groep heeft vaker problemen met geld, werk, wonen en gezondheid.
[2] Sociale Visie P.21: Er zijn voldoende woningen voor kwetsbare groepen
[3] Woonvisie 2019 p. 29: waar we kansen zien houden we rekening met de woonbehoefte en woonwensen van ouderen (woning en woonomgeving levensloopgeschikt en bezoekbaar).
[4] Sociale Visie P.8: Ruimtelijk en sociaal beleid niet onderscheiden maar elkaar laten versterken
[5] Sociale Visie Pag. 30: Belangrijk hierbij zijn laagdrempelige ontmoetingsplekken in de buurt die zowel aan homogene groepen (bonding/casa) als heterogene groepen (bridging/plaza) een plek bieden. Waar nodig worden deze plekken ondersteund met sociale activiteiten of sociaal beheer. Een leefomgeving die uitnodigt tot gezonde leefgewoonten, zoals bewegen, sporten, spelen, cultuurparticipatie, gezond eten en drinken en het gezond samen leven versterkt. (Bij grootschalige nieuwbouw en transformatie bevorderen we gemeenschapsvorming in de buurt, bijvoorbeeld door collectieve ruimten te realiseren en daar waar mogelijk stimuleren we het bouwen van woonvormen die het zorgen voor en omkijken naar elkaar versterken, zoals coöperatieve woonvormen, geclusterde woonvormen en gemengd woonprojecten.
[6] Sociale Visie Pag. 31: Gemeente is verantwoordelijk voor: Voorzieningen die onder andere bijdragen aan ontmoeting, preventie, ontplooiing, meedoen, cultuurparticipatie, educatie, sporten en bewegen, zorg en ontspanning. Bovendien bieden maatschappelijke voorzieningen in de wijk veel werkgelegenheid, wat bijdraagt aan financiële bestaanszekerheid
[7] Wmo-nota P.33: Het faciliteren van goede, toegankelijke en uitnodigende ontmoetingsplekken zoals buurtcentra, buurtkamers en jongerencentra en het verder verbeteren van de toegankelijke en inclusieve stad. Doelstellingen II. Utrecht heeft voldoende, goede en toegankelijke welzijnsaccommodaties
[8] Voorbeeld van aanvullende zorg is Interaktcontour op de Bijnkershoeklaan, ook bekend als de Paraplu. Deze organisatie biedt aanvullende zorg voor mensen met NAH in groepsverband. Daarnaast blijkt dat steeds meer mensen uit de buurt het een prettige locatie vinden om elkaar te ontmoeten en activiteiten te ondernemen of bij te wonen. De locatie is prikkelarm en fysiek goed toegankelijk voor iedereen met een lichamelijke beperking. Dit geldt lang niet voor alle buurthuizen in de stad.
[9] Sociale Visie p.34
[10] Sociale Visie p.49 Meer samenhang aanbrengen in zorg/ondersteuning/dienstverlening. Zo weinig mogelijk schotten maken of ontschotten waar kan